Klachtenregelement

 

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder: 

Organisatie  Trion Beheer VOF
Directie 
  1. van ’t Westende- Hamelink
Bewindvoerder 
  1. van ’t Westende- Hamelink
Medewerker  Persoon die in opdracht van de Bewindvoerder werkzaamheden verricht
Klager Een (voormalig) client of diens wettelijk vertegenwoordiger, erfgenaam van een client binnen 1 jaar na het overlijden van de client
Brancheorganisatie Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomensbeheerders (BPBI)
Client De rechthebbende over wiens goederen het bewind wordt gevoerd door C. van ’t Westende- Hamelink h.o.d.n. Trion Beheer
Bezwaar Een van belanghebbende ingediend schriftelijk stuk waaruit blijkt dat hij/zij het oneens is met een beslissing van de bewindvoerder
Klacht Een van klager afkomstig schriftelijk stuk waaruit blijkt klager zich niet kan verenigen met handelen of nalaten van de bewindvoerder of het handelen of nalaten van de personen die voor haar werkzaamheden verrichten

Artikel 2

Deze klachtenregeling is bedoeld voor cliënten/ wettelijke vertegenwoordigers van Trion Beheer, voormalige cliënten/ wettelijke vertegenwoordigers van Trion Beheer (mits de klacht binnen 1 jaar na het beëindigen van de relatie met Trion Beheer is ingediend en erfgenamen van cliënten mits ingediend binnen een jaar na het overlijden van de client.

Artikel 3

Een bezwaar wordt zo spoedig mogelijk behandeld door de medewerker die het dossier van de cliënt beheert. Deze tracht het bezwaar telefonisch of schriftelijk in overleg met de cliënt op te lossen.

Lukt dat niet, dan brengt de medewerker het bezwaar ter kennis van de directie. Deze behandelt het bezwaar en tracht daarbij, eventueel na nader overleg met de cliënt en de betrokken medewerker, het bezwaar alsnog in der minne op te lossen. De cliënt ontvangt schriftelijk bericht van de wijze waarop het bezwaar door de directie is afgedaan. Is de cliënt niet tevreden gesteld, dan kan hij/zij een klacht indienen.

Artikel 4

Klachten kunnen uitsluitend schriftelijk worden ingediend. Een klacht moet worden ondertekend en tenminste bevatten:

  • naam en adres van de klager
  • de dagtekening
  • een omschrijving van de klacht

Artikel 5

Een klacht wordt niet in behandeling genomen of de behandeling wordt gestaakt als

  • de cliënt zich voor of tijdens de behandeling van deze zelfde klacht tot een kantonrechter of een andere burgerlijke rechter heeft gewend
  • de klacht anoniem is
  • het feit waarover geklaagd wordt langer dan 2 maanden voor indiening heeft plaatsgevonden

Artikel 6

Klachten worden zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 4 weken behandeld door de bewindvoerder of een daartoe aangewezen medewerker. Deze stelt een onderzoek in, formuleert de klacht zo nodig nader, hoort de cliënt en tracht de klacht door bemiddeling op te lossen en deelt dit schriftelijk mede aan de cliënt.

Indien binnen 6 weken na indiening van de klacht geen oplossing is bereikt, wordt de klager door de bewindvoerder of een daartoe aangewezen medewerker schriftelijk op de hoogte gesteld dat de klacht kan worden voorgelegd aan de Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomensbeheerders (BPBI) of aan de toezichthoudende kantonrechter.

Artikel 7

Indien de klacht niet naar tevredenheid van de klager is afgehandeld, is er de beroepsmogelijkheid bij de Klachtencommissie van de BPBI.

Artikel 8

Alle bezwaren en klachten van cliënten worden onder strikte geheimhouding afgewikkeld. Indien het noodzakelijk is bij derden informatie op te vragen, zal vooraf toestemming aan de cliënt worden gevraagd.

Artikel 8

De directie archiveert de klachten in een centraal registratiesysteem. Zij houdt aantekening van de klacht en van de afdoening daarvan.

Artikel 9

Deze regeling treedt in werking op 23-10-2014 en geldt voor onbepaalde tijd.